Binnen de wet Passend Onderwijs zijn verschillende ondersteuningsniveaus beschreven. Ondersteuningsniveaus 3, dat volgt op ondersteuningsniveaus 1 en 2, betreft 10% van de zwakste leerlingen. De zorg op niveaus 3 bestaat uit specifieke interventies, uitgevoerd door een geschoolde specialist binnen de school, met individuele leerlingen of in kleine groepjes gedurende een half jaar. Veel scholen hebben echter moeite om zorgniveau 3 te bieden. Met de preventieve trajecten van Dyslexie in Transitie lukt het wél:

  • Traject 1: preventief behandelen op school
  • Traject 2: consultatie
  • Traject 3: proefbehandeling in de zorg

Binnen de Jeugdwet zien we dat aanbieders van dyslexiezorg moeite hebben om de didactische resistentie (hardnekkigheid) goed in te schatten. Behandelaren kunnen moeilijk vaststellen of de school adequate hulp heeft geboden. Informatie is vaak onvoldoende beschikbaar en de kwaliteit van de hulp is moeilijk te beoordelen te meer daar heldere criteria hiervoor ontbreken.

Preventieve dyslexiezorg is een manier om beide dilemma’s aan te pakken. Bij leerlingen met een gerede kans doorverwezen te worden naar de zorg, voert de behandelaar – op de werkvloer- samen met de leerkracht geïntegreerd behandelplan uit. Het voordeel voor de leerling is, dat na een half jaar geen enkele twijfel bestaat aan de hardnekkigheid en dat de professionals uit onderwijs en zorg op een natuurlijke manier van en met elkaar leren.

Preventieve dyslexiezorg kent drie varianten:

  • Preventief behandelen op school (meest intensieve traject)
  • Consultatie
  • Proefbehandelen

Preventief behandelen op school

Dit arrangement is het meest intensief en is bij ruim 100 leerlingen uitgevoerd. Een school kan een preventief dyslexietraject aanvragen wanneer een leerling in groep 3 of 4 (tweede helft groep 2) gedurende twee periodes tot de laagste 10% lezers/spellers behoort. Het kind heeft daarmee een grote kans om een doorverwijzing te krijgen naar de zorg, dus naar een betaalde dyslexiebehandeling. Leerkracht(en), behandelaar en ouders voeren gezamenlijk passende interventies uit. Zij doen dit volgens een geïntegreerd handelingsplan gedurende 2 x 8 weken 1 uur per week, met tussen- en eindevaluaties met alle betrokkenen. De behandelaar bevindt zich op de werkvloer en voert de interventies uit in de klas. Met ouders en met oudere leerlingen (tutoren) wordt het programma Bouw! of Letterprins ingezet.
De casemanager, een bovenschoolse onderwijsspecialist, monitort het gehele traject: van beginsituatie (intake), doelen en geïntegreerd behandelplan, tot handelingsintegriteit, (tussen)evaluatie, conclusie én het samenwerkingsproces. De casemanager is aangesteld door het schoolbestuur en heeft als expliciete aandacht voor het lees- en spellingonderwijs te helpen verbeteren in het kader van schoolontwikkeling. Door deze aanpak blijft onterechte doorverwijzing uit.

In onderstaand schema is zowel het leerlingtraject als het leertraject van de professional kort weergegeven.

Naast dit intensieve traject zijn er twee lichtere preventieve trajecten:

Consultatietraject

Een school kan een consultatietraject aanvragen als ze vragen heeft op het gebied van lezen, spellen en/of dyslexie. Het gaat hier vooral om vragen op klasniveau (alle leerjaren) of schoolniveau. Een enkele keer kan het een vraag over een leerling zijn, als dit binnen de klas of school breder opgepakt kan worden. Dit traject wordt – samen met de school – door de bovenschoolse casemanager uitgevoerd. Indien aangewezen is het mogelijk een behandelaar te consulteren.

Proefbehandeling in de zorg

Een proefbehandeling in de zorg is mogelijk als een kind al verwezen is naar de dyslexiezorg, maar er twijfel ontstaat over de hardnekkigheid of de behandelbaarheid van de dyslexie. Deze aanpak wordt ook wel proefbehandeling genoemd en duurt tien weken. Behandelaar, ouders en school werken hierbij nauw samen, en de casemanager monitort het proces. De proefbehandeling levert veel diagnostische en behandeldata op en eindigt met het verder afronden van de diagnosefase, waarna eventueel een behandeltraject volgt. Zo blijft verdere onterechte doorverwijzing uit.

Binnen deze preventieve trajecten zijn vele praktische varianten mogelijk. Een ‘blended’ scholing via Eduseries, voor leerkrachten, ib’ers en leesspecialisten, maakt deel uit van dit traject. Daarin volgen professionals uit het onderwijs samen met behandelaren een training, die bestaat uit een drietal fysieke bijeenkomsten en gevarieerde online-opdrachten, waar ze elkaar bij nodig hebben. De concrete casuïstiek staat hierbij centraal.